De juridische beroepsgroep moet een grotere rol gaan spelen bij de transitie naar een duurzame economie. Klimaattafels – die begin herfst van start gingen – moeten daarbij helpen. Bedrijfsjurist Rik Aertsen van ING, is voorzitter van één van die tafels: ‘We willen alle juristen van Nederland mobiliseren om duurzaamheid te bevorderen’.
Dat je – ook als jurist – veel kunt bereiken op het gebied van duurzaamheid, ondervond Aertsen toen hij op een juridisch probleem stuitte dat de exploitatie van zonnepanelen in de weg zat. ‘Er zijn veel bedrijven die momenteel benaderd worden om daken te verhuren aan exploitanten van zonnepanelen. Heel nuttig, zou je denken, maar het kwam niet van de grond’.
Aertsen constateerde dat bedrijven terughoudend waren met de verhuur van daken voor zonnepanelen omdat ze daarvoor met te veel verschillende partijen om tafel moesten. Ook was vaak toestemming nodig van meerdere partijen, waardoor de zonnepanelen vaak niet op de daken terecht kwamen. Zonde, vond Aertsen. Samen met een ‘clubje juristen’ ontwierp hij een standaardcontract dat partijen helpt er sneller uit te komen.
Juridische vraagstukken die duurzaamheid in de weg zitten, komt hij vaker tegen in de praktijk. ‘Als je bijvoorbeeld naar duurzame energieopwekking kijkt, dan zijn subsidies nog steeds een belangrijke inkomstenstroom. Toch is het onduidelijk of je die subsidierechten kunt verpanden en vooral ook hoe de uitwinning van een dergelijke pandrecht werkt. Dat zijn knelpunten bij de financierbaarheid van dat soort projecten’, aldus Aertsen. ‘De wetgever heeft voor ogen om verduurzaming te bevorderen, maar zal zich soms niet bewust zijn van dit soort knelpunten in de praktijk. Het is denk ik heel goed als juristen hen daarop wijzen.’
Goedkoop duurkoop
Ondanks de bereidheid die onder juristen lijkt te bestaan om bij te dragen aan de transitie naar een duurzame economie, wordt ook snel duidelijk waarom die transitie in de juridische praktijk niet zo snel gaat. ‘Je kunt duurzaamheid niet zomaar in het wettelijke systeem fietsen’, aldus hoogleraar burgerlijk recht Steven Bartels.
‘Je zult goed moeten nadenken. Als je een oplossing niet goed in het systeem lijmt, dan werkt het niet. Dat creëert alleen maar meer onzekerheid en dat zal tot vertraging zal leiden.’ Hij vervolgt: ‘We moeten niet te snel tevreden zijn met te gemakkelijke oplossingen die uiteindelijk “goedkoop duurkoop” blijken te zijn’.
Volgens de hoogleraar voelen de meeste mensen weliswaar de urgentie om een bijdrage te leveren, maar gebeurt dat tot nu toe te weinig. ‘We moeten niet alleen zeggen dat het een probleem is, maar ook daadwerkelijk naar creatieve oplossingen gaan zoeken’, aldus Bartels, die naast hoogleraar ook raadsheer-plaatsvervanger van het hof Den Bosch is. ‘Dit is één van de meest belangrijke vraagstukken die op ons afkomt de komende periode. Als jurist ontkom je er niet aan om jezelf te buigen over de vraag hoe wij die verduurzaming gaan realiseren.’
Ook hij zal deelnemen aan één van de klimaattafels: ‘Ik vermoed niet dat er een revolutie zal ontstaan als je dit type mensen bij elkaar zet, maar juist ook kleine steentjes zijn belangrijk’.
Waan van de dag
Bedrijfsjurist Flore Groen van Bouwteam P&O is voorzitter van de klimaattafel landbouw & landbouwgebruik. Ze is thuis bezig met duurzaamheid, maar probeert daar op haar werk nog een weg in te vinden. ‘Je wordt meegezogen in de waan van de dag, maar de economie waar we nu in zitten gaat ons niet vanzelf brengen naar een duurzame economie.’ Groen vervolgt: ‘Er is goodwill, maar men is er vaak niet mee bezig omdat het gedoe is. Ga niet in een hoekje zitten, maar kijk wat de transitie voor jouw werk betekent en hoe dat de transitie kan ondersteunen.’
Ze schreef er eerder al over in haar blog: ‘De echte uitdaging ligt […] in het vinden van tijd in de waan van de dag en verder te kijken dan kwartaalrapportages. Om te bezien of ook jouw bedrijf duurzaam kan voortbestaan. Een mooi (gordiaans) aanknopingspunt voor de bedrijfsjurist die zijn tanden in een strategisch vraagstuk voor de business wil zetten, met oog voor de juridische kanten daarvan.’