Sergio van Santen is senior legal counsel Eastern Hemisphere bij Thermon Europe B.V., wereldwijd leverancier van industriële verwarmingstoepassingen. Hij is juridisch verantwoordelijk voor de regio’s EMEA en Asia-Pacific. De overstap naar het bedrijfsleven maakte Van Santen na 15 jaar werkzaam te zijn geweest als advocaat bij HVG Law Rotterdam en Eindhoven, en het daaraan verbonden Donahue & Partners in New York en EY in Londen. ‘Ondernemen is risico’s nemen, ook al is dat juridisch niet altijd de beste oplossing.’
‘Thuiswerken tijdens COVID had voordelen, maar ook nadelen. Als bedrijfsjurist moet je je oor te luisteren leggen bij je collega’s en het bedrijf. Je vangt het meeste op bij de koffieautomaat, niet alleen op Teams. Ik ben blij dat ons kantoor sinds 1 september weer open is.
Thermon is wereldwijd specialist op het gebied van warmteoplossingen voor vooral de olie- en gasindustrie en petrochemie. We leveren verwarmingskabels voor pijpleidingen, zodat de olie die erdoorheen stroomt op temperatuur blijft. We doen ook aan vorstbescherming voor treinen en schepen. Thermon is marktleider op dit gebied, ook wat betreft kwaliteit. Dat merk ik in de praktijk; we hebben weinig geschillen met klanten die uitmonden in procedures. Vroeger was ik gespecialiseerd in het ondernemingsrecht. Bij Thermon ben ik een generalist.
Vóór COVID reisde ik voor Thermon voornamelijk binnen Europa, maar er waren ook jaarlijkse bijeenkomsten in Azië. Dat was heel inspirerend. In Nederland, Duitsland en Engeland haal je snel een broodje voor de lunch en ga je weer door. In Azië is er echt aandacht voor het eten. Er is een groter cultuurverschil op de werkvloer; je werkt daar echt op basis van vertrouwen.
Mijn roots zitten in de advocatuur. Bij HVG is mijn droom in het buitenland te wonen en werken uitgekomen; ik heb 5,5 jaar in New York en London gewerkt. Ik ben opgegroeid in Den Haag, en in Leiden afgestudeerd in auteursrecht. Halverwege mijn stage bij HVG merkte ik: hiermee kom ik niet in het buitenland. Dus switchte ik naar de afdeling ondernemingsrecht.
Ik besloot de advocatuur te verlaten om als bedrijfsjurist dichter bij het vuur te zitten, en meer te teamen met mensen die hetzelfde doel voor ogen hebben. Als bedrijfsjurist moet je nog meer dan in de advocatuur meedenken met de business. De advocatuur is veel individueler. Behalve bij vaste klanten zie je nauwelijks wat met je advies of contract gebeurt. Je wordt ook vaak nét te laat betrokken bij een zaak. Aan de andere kant zie je als advocaat in korte tijd heel veel, wat je perfect voorbereidt op een overstap naar het bedrijfsleven.‘New York is ervoor gemaakt om perfect te functioneren met een drukke baan’
In Amerika heb ik geleerd dat obstakels er zijn om te overwinnen. Amerikaanse klanten willen vaak alleen maar horen dat je het gaat regelen. Die can do-mentaliteit spreekt me erg aan. Als Nederlandse advocaat bij Donahue & Partners [onderdeel van HVG Law] in New York functioneerde ik als een brug voor grote Amerikaanse klanten naar de Nederlandse praktijk. Het was: work hard, play hard. Het gekke is dat je daar veel energie kríjgt van hard werken, misschien ook omdat je dat met z’n allen doet. En: New York is ervoor gemaakt om perfect te functioneren met een drukke baan. Je kunt daar 24 uur per dag naar een restaurant, bioscoop of stomerij.
Bij EY in Londen, waarmee HVG Law een strategisch samenwerkingsverband heeft, ben ik ruim 2 jaar gebleven. In de Engelse praktijk spreken ze met van die understatements. Met at your earliest convenience bedoelt men: vanavond heb ik het stuk nodig. Daar moest ik aanvankelijk erg aan wennen.
Op een gegeven moment moet je de keuze maken: of ik blijf in het buitenland, of ik ga terug. Anders blijf je zowel professioneel als privé in twee werelden leven. In Amerika was er het tijdsverschil en de afstand, wat een zekere vrijheid geeft. In Londen ontstonden al meer verwachtingen; je kunt toch wel even overkomen? De vraag is ook of je up to date blijft met de Nederlandse praktijk.
Terug in Nederland ben ik naar de vestiging in Eindhoven gegaan, hoewel ik echt een randstedeling ben. Daar heb ik enthousiaste startups ondersteund op de hightech-campus. Misschien heeft dat het zaadje geplant om naar het bedrijfsleven te gaan. In Eindhoven heb ik ook veel samengewerkt met EY.
Ik ben toevallig bij Thermon terechtgekomen via Hans Voorhoeve, eigenaar van juridisch recruitmentbureau EQURIUS. Eigenlijk wilde ik eerst interimmen als bedrijfsjurist, maar die Thermon-klus beviel zo goed dat ik aanbleef in vast dienstverband. Na die klus heb ik met mijn vriendin eerst nog een lange reis gemaakt door Zuid-Amerika. Ik had toen vijftien jaar gewerkt. Zo’n time out geeft je de kans na te denken over: waar sta ik, ben ik nog happy, waar wil ik heen?‘Vanuit mijn achtergrond als advocaat zei ik bij Thermon in het begin soms nog “Nee, dat kan niet.” Nu zeg ik: “Ja, mits”’
Zakendoen is risico’s nemen, ook al is dat juridisch niet altijd de perfecte oplossing. Anders sta je als bedrijf stil, en kun je niet groeien. Vanuit mijn achtergrond als advocaat zei ik bij Thermon in het begin soms nog “Nee, dat kan niet.” Nu zeg ik: “Ja, mits. Mits je je aan deze spelregels houdt, kan het.” Of ik draag een werkbaar alternatief aan. De maatschappij juridiseert. Het is steeds lastiger voor een bedrijf om 100 procent compliant te zijn. Risicomanagement binnen het bedrijfsleven wordt daarom steeds belangrijker.’