Ze zijn veel gemeentebesturen een doorn in het oog: de darkstores van flitsbezorgers. Jakkerende en rondhangende bezorgers, en druk op de openbare ruimte. Ook de gemeente Gouda heeft er op een locatie in de binnenstad geen zin in, en gelast de ondernemer de bezorging te beëindigen en beëindigd te houden. De voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag gaat er niet voor liggen: het spoedeisende belang ontbreekt en het besluit is niet evident onrechtmatig.
Volgens de flitsbezorger heeft het besluit van de gemeente ingrijpende financiële gevolgen voor de onderneming. De rechter stelt echter dat een financieel belang in de regel onvoldoende reden is om een spoedeisend belang aan te nemen en een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter: ‘Dit kan anders zijn, indien aannemelijk is dat verzoekster in een financiële noodsituatie zal komen te verkeren. De voorzieningenrechter overweegt dat verzoekster niet concreet heeft gemaakt en ook niet met stukken heeft onderbouwd dat zij in afwachting van een besluit op haar bezwaarschrift in een financiële noodsituatie komt te verkeren. In dat verband acht de voorzieningenrechter van belang dat het bestreden besluit slechts ziet op één van de ongeveer vijfenzestig vestigingen van verzoekster in Nederland.’
Dat de flitsbezorger de lonen van haar personeel door te blijven betalen terwijl zij de vestiging niet in gebruik mag nemen, acht de voorzieningenrechter ook onvoldoende om te kunnen concluderen dat een financiële noodsituatie zal ontstaan. ‘Voor zover verzoekster heeft gewezen op de bederfelijke voorraden heeft verweerder terecht gewezen op de mogelijkheid om die – in afwachting van de beslissing op bezwaar – in te zetten in andere vestigingen van verzoekster’, aldus de rechter.
Bescherming stedelijk milieu
Het voorbereidingsbesluit van de gemeente – dat ziet op het beheersbaar houden van flitsbezorging vanuit darkstores – is ook niet ‘evident onrechtmatig’, oordeelt de rechter verder. ‘Het voorbereidingsbesluit is bedoeld als instrument om ongewenst planologisch gebruik tegen te houden ter bescherming van het stedelijk milieu. Het voorbereidingsbesluit geldt slechts voor een jaar en met een omgevingsvergunning kan van het voorbereidingsbesluit worden afgeweken om flitsbezorgsupermarkten toch toe te staan op locaties waar dat aanvaardbaar is. In het licht van deze toelichting acht de voorzieningenrechter het niet evident dat het voorbereidingsbesluit niet noodzakelijk en onevenredig is.’
De ondernemer probeert ten slotte nog te verkopen dat hij wel degelijk – toegestane – detailhandel bedrijft in het pand, omdat bezoekers door de zaak kunnen lopen en bestellingen kunnen doen via de app. ‘De voorzieningenrechter acht het echter op voorhand niet evident dat daarmee wordt voldaan aan het vereiste dat sprake is van de uitstalling ten verkoop. De voorzieningenrechter acht in dat kader van belang dat verzoekster haar artikelen online via een app aanbiedt en dat het niet mogelijk is om buiten de app om producten te kopen in de vestiging of in de vestiging zelf de gewenste fysieke producten uit te zoeken.’
Klik hier voor de uitspraak