Ze zitten elkaar al vele jaren in de haren: FNV Havens en De Nederlandsche Bank (DNB). Steen des aanstoots: de overname van pensioenverzekeraar Optas door Aegon in 2019, en daartegen al dan niet te laat ingediende bezwaren. Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven hakt vandaag de knoop door: de FNV was te laat.
Volgens de vakbond zat toezichthouder DNB de boel bewust te traineren: de bank ‘deed alles’ om FNV Havens buiten de procedure te houden, en liet de bond ‘zoveel mogelijk in het ongewisse’. Ook ‘frustreerde DNB de verzetprocedure’, en werd de bond pas na afloop van de verzettermijn uitgenodigd voor een gesprek.
Volgens DNB is de termijnoverschreiding van FNV Havens ‘niet verschoonbaar’. FNV Havens heeft niet onverwijld bezwaar – uiterlijk binnen twee weken – gemaakt op het instemmingsbesluit.
Het CBb kiest de zijde van DNB. Volgens het College staat vast dat het bezwaar te laat is ingediend, en er is ook geen reden om dat als ‘niet verwijtbaar’ aan te merken. Verder stelt de hoogste bestuursrechter: ‘De door appelanten gewraakte handelwijze van DNB – zowel voor als na het instemmingsbesluit – stond er niet aan in de weg om binnen twee weken nadat zij op de hoogte waren geraakt van het instemmingsbesluit al een (summier) bezwaarschrift in te dienen.’ Dat summiere bezwaarschrift kan dan worden aangevuld op het moment dat meer inhoudelijke informatie is verkregen, oordeelde eerder ook de rechtbank
Klik hier voor de uitspraak