In de bestaande regelgeving wordt onvoldoende duidelijk gemaakt welke verplichtingen werkgevers hebben om seksuele intimidatie op het werk te voorkomen en aan te pakken. Een ‘fundamentele cultuurverandering’ en nieuwe wetgeving zijn noodzakelijk om een einde te maken aan seksueel grensoverschrijdend gedrag en geweld. Dat schrijft het College voor de Rechten van de Mens in een advies aan minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Het kabinet heeft aangekondigd te werken aan een nationaal actieplan gericht op een langjarige inzet en duurzame verandering rondom de aanpak van seksuele intimidatie. Met het oog op dit op te stellen actieplan, het debat op donderdag 12 mei aanstaande in de Tweede Kamer over gezond en veilig werken en het voornemen van de regering om ILO-verdrag 190 over geweld en intimidatie op het werk te ratificeren, dringt het College erop aan om de normen in de regelgeving over seksuele intimidatie nader uit te werken.
Hoewel er regelgeving is die werkgevers verplicht om seksuele intimidatie te voorkomen en aan te pakken, is niet duidelijk aan welke voorwaarden dit beleid moet voldoen, schrijft het College. ‘Organisaties vullen de regelingen in de praktijk naar eigen inzicht in, wat als gevolg kan hebben dat werkgevers onvoldoende rechtsbescherming bieden tegen seksuele intimidatie.’
Wetgeving
Het College pleit er dan ook voor de bestaande wettelijke normen nader in te vullen door verplichtingen voor werkgevers in regelgeving vast te leggen. Het gaat dan om samen met het personeel op te stellen gedragsregels, toegang tot een (interne of externe) onafhankelijke en deskundige vertrouwenspersoon, invoering van een ‘klachtenregeling ongewenste omgangsvormen’ en een onafhankelijke klachtencommissie en het opstellen van criteria voor een zorgvuldige klachtenafhandeling.
‘Duidelijkere normen voor de aanpak van seksuele intimidatie in regelgeving dragen bij aan het bevorderen en beschermen van mensenrechten. Het College dringt er dan ook op aan dat hier aandacht aan geschonken zal worden in het nationale actieplan om seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld te voorkomen’, aldus het College.